Lilith Waterman volgde een training over werkdruk en teamvitaliteit, voor managers. Ze heeft er veel profijt van. “Ik herken beter de signalen als medewerkers kampen met hoge werkdruk en spanning. Ook heb ik geleerd hoe ik daar het beste mee om kan gaan.”

Ze was ten tijde van de training teammanager Bestuurs- en managementondersteuning in West, een team van 18 medewerkers. Bijna de helft van het team vond de werkdruk hoog (46,2 %), volgens het medewerkerwaarderingsonderzoek. Lilith: “Hoe dat kwam? Krappe deadlines, veel prioriteiten en ambitieuze bestuurders en managers. Soms kwam iemand aan het bureau van één van ons staan met een grote opdracht, die gisteren af moest zijn. Dan kan nee zeggen soms moeilijk zijn.”

Signalen oppikken

Ze ging om zich heen kijken, op zoek naar oplossingen. Ze kwam uit bij werkatelier ‘Werkdruk en teamvitaliteit’ van de Amsterdamse School. De training bestaat uit 5 dagdelen. “Ik ging erheen samen met een collega uit mijn team. In de groep, die heel klein was, wisselden we heel veel uit. Verder kregen we huiswerk mee. De training was enorm leerzaam.”

‘Het kan spannend zijn om erover te beginnen’

“Ik heb bijvoorbeeld geleerd om vroeg signalen op te pikken. Ik ga daar veel bewuster mee om. Deze signalen kunnen heel erg verschillen. Ieder mens reageert anders op spanning en hoge werkdruk. Het uit zich in fysieke, mentale en gedragskenmerken. Zoals vaak ziek melden, onverschilligheid of nerveus gedrag. Ik wist van sommige dingen niet dat die er ook mee te maken hebben. Ook leerde ik om goed in te kunnen grijpen. Hoe voer je gesprekken hierover, hoe krijg je echt alles boven tafel? Het kan spannend zijn om erover te beginnen. Een goede vertrouwensband helpt. Ook moet je er echt tijd en energie in stoppen, preventief, voordat iemand omvalt. In de drukte en de waan van de dag is dat soms moeilijk. Tóch moet het.”

Chaos in het hoofd

“Het lastige vond ik dat hoge werkdruk soms ongrijpbaar is. Het is dan chaos in iemands hoofd, dat is logisch, maar dat maakt het extra ingewikkeld. Het kan met van alles te maken hebben, bijvoorbeeld met de situatie thuis, onzekerheid, perfectionisme, ‘simpelweg’ een te groot werkpakket en ga maar door. Vaak hangen dingen met elkaar samen en weten mensen zelf ook niet precies wat het nu is. Hoe je daar dan als leidinggevende achter komt, is best een uitdaging.”

‘Soms zei ik gewoon ‘nee’’

“Ik zag in dat ook mensen in een team elkaar kunnen helpen. Elkaar scherp houden. Daarom heb ik onze trainster gevraagd - ik wilde per se Dieke Eelman, zij is zó goed – om een paar trainingssessies aan het team te geven. Zo kregen zij inzicht in de problematiek en leerden ze hoe ze elkaar kunnen helpen. Dat werkte super. Daarnaast ging ik samen met bestuurders prioriteiten stellen. En soms zei ik gewoon ‘nee’. Eigenlijk ging dat prima. Het jaar daarop was de beleving van hoge werkdruk in het team gedaald naar 14,3%. Ja, dat was wel fijn.”

Werksfeer

Inmiddels is Lilith teammanager Vergunningen bouw in West en geeft ze leiding aan 28 medewerkers. Ze vertelt: “Het is een leuk werkveld, heel dynamisch, en voor mij toch weer behoorlijk nieuw. Het gaat om veel verantwoordelijkheid in een politiek-gevoelige omgeving. Bouwen is hot. De grond hier is veel waard.” Om er direct aan toe te voegen: “Maar het gaat niet om de resultaten alleen. Belangrijk is ook de werksfeer. Die moet goed zijn. En veilig. Een sfeer waarin mensen hun unieke talenten kunnen laten zien en daarvoor gewaardeerd worden. Mijn grootste drijfveer in mijn baan is werken met mensen. Hun ontwikkeling, hun talenten en hun welzijn staan voor mij centraal.”

‘Af en toe moet je even door het stof’

“Ik ben bewuster met werkdruk bezig. Ga af en toe bij mezelf na: Zie ik signalen? Ik vraag er ook specifiek naar. En soms, als iemand het bijvoorbeeld nodig heeft om thuis te werken, dan kan dat, dan geef ik even wat ruimte.”

“Werkplezier is het allerbelangrijkste. En vergroot ook het resultaat. Een blije medewerker werkt harder. Ook raad ik leidinggevenden aan om altijd kritisch naar zichzelf te blijven kijken. En te vragen aan de mensen om hen heen: Wat vind je dat ik beter kan doen? Ja, af en toe moet je even door het stof. Maar het levert je heel veel op.”